Wi-j komt altied weer terug!

20 mei 2018

Toen ik voor het eerst naar De Graafschap ging, was ik 8 jaar oud. Het was 1996. Je moest nog door de hekken heen kijken. Achter de doelen konden de supporters alleen nog maar staan. Dat vond niemand erg. De spelers op het veld droegen namen als Olyslager, Vreman, Redeker en Viscaal. Veel van hen kwamen uit de buurt.

Kort daarna leerde ik de spelers allemaal kennen. Tijdens de open dagen verzamelde ik net als heel veel van mijn leeftijdsgenoten handtekeningen. Je kreeg zo’n uitvouwbare lijst vol fotootjes, namen en witte vakjes. De spelers stonden klaar om in die witte vakjes een krabbel te zetten. Goud waren ze waard, die krabbels. Een volle kaart was onbetaalbaar.

In de jaren die volgden, ging ik samen met mijn vader en broertje zeer geregeld naar De Graafschap. Het voelde als heel bijzonder dat een club zo dichtbij huis op het allerhoogste niveau in Nederland speelde. Als we een wedstrijd niet gingen, dan volgden we de verrichtingen van onze blauw-witte helden nauwgezet op Studio Sport.

De Graafschap hoorde bij ons. Bij de streek waar wij woonden. En daardoor ook bij de opvoeding. Op vakantie vertelden we trots dat we in eerste instantie niet voor Ajax, PSV of Feyenoord waren, maar voor die club uit Doetinchem. Niet alleen mijn broertje en ik, maar heel veel Achterhoekse kinderen groeiden op met de Superboeren.

Van generatie op generatie is de liefde voor De Graafschap doorgegeven. We speelden eredivisie, eerste divisie, eredivisie en weer eerste divisie, maar de identiteit van de club veranderde in de basis nooit. De mouwen opstropen en strijden voor wat je waard bent; het is de mentaliteit waar de Achterhoeker zich in herkent. Het maakt dat de achterban enorm is.

Ze zitten – een grote groep diehard-supporters uitgezonderd – niet elk weekend in het stadion. Maar als het er echt om gaat, dan zijn ze er. Als de eredivisie lonkt, dan is De Vijverberg te klein. Dan gaat er een blauw-witte golf van opwinding door de Achterhoek. Dan schaart iedereen in Doetinchem, Winterswijk en alles wat daar tussen zit zich achter de Superboeren.

Vandaag is zo’n dag. Vandaag moet het gebeuren! Een kolkende Vijverberg zal vanmiddag opstaan om de mannen te steunen. Mannen met namen als Straalman, El Jebli en Van Mieghem. Mannen met namen die de kinderen van nu zullen onthouden. Zoals zij vanmiddag ook kennis zullen maken met dé wet van de Superboeren: ‘Wi-j komt altied weer terug!’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *


Luuk Stam
Journalist en tekstschrijver

De Heurne 32
7255 CL Hengelo Gelderland

0613925370
luuk@luukstam.nl