Dreamfields

Bas heet hij. Die naam staat getatoeëerd op zijn borstkas. Zijn bovenlichaam is ontbloot. Zoals vele mannelijke lijven dat hier zijn. Ook veel vrouwen hebben heel wat minder aan dan in hun dagelijks leven. Op het Dreamfields Festival bij recreatieplas Rhederlaag in Lathum kijkt niemand daar deze zaterdagmiddag raar van op. Het past bij de sfeer. En bij de muziek. Die is vooral hard. Hier geen bands. En ook geen zangers. Maar DJ’s. Van de beste soort. In de hardstyle. In de house. En in de electro. Van de Bassjackers tot de Roughstate Showcase. Je moet er van houden.

Bas doet dat. Hij staat op het strandje aan de zijkant van het feestterrein. De klanken vanaf het hardstyle-podium dreunen ook hier door. Maar de bankjes op het strandje bieden de mogelijkheid om even bij te komen. Uitrusten, dat is voor Bas niet nodig. Die gaat gewoon door. Zijn shirt bungelt om de riem in zijn broek. Zijn sportschoenen raken één voor één het zand. Mensen kijken vanaf de bankjes toe. Een meisje filmt Bas. Die heeft niets in de gaten. Hij gaat op in wat hij hoort. De verantwoordelijke DJ heet Frontliner. Voor Bas duidelijk geen onbekende. Hij kent elke toon.

Dat doen veel van de 25.000 bezoekers die hier staan. 25.000 mensen. Dat zijn twee volle stadions van De Graafschap. Of één vol Gelredome. Verdeeld over vijf podia. De muziek gaat van hard naar heel hard. Kenners vertellen dat het nog veel harder kan. Een enkeling heeft er echt verstand van. Die vertelt dat de DJ die daar in een wit t-shirt in de zogenaamde raw-tent het publiek helemaal gek staat te maken, pas 19 jaar is. En één van de allergrootste talenten op dit moment. De leek neemt het voor kennisgeving aan. De liefhebber raakt er razend enthousiast van. En springt weer verder.

Een festival als dit is niet te vergelijken met een Zwarte Cross of een Lowlands. Zoals die ook onderling weer enorm van elkaar verschillen. Het zijn de bekende appels en de peren. Natuurlijk, de sfeer op zo’n festival is fantastisch. Mensen zijn blij. En aardig. Maar die muziekstijlen, het zijn verschillende takken van sport. Een mens kan zich in meerdere sporten bekwamen. Maar voor elke muziek heb je een bepaald gen nodig. Zoals een meisje dat opspringt als Frontliner een bepaalde set start. Zo’n meisje schat deze muziek op waarde. Dan kun je erin opgaan. Net zoals Bas.

Hij heet geen Bas. Hij heet Bob. Bas, dat is zijn overleden broer. Die was hier ongetwijfeld graag bij geweest. En door de tatoeage op de borstkas van zijn broertje is hij dat toch een beetje. Het loopt tegen elf uur in de avond. De eindshow van dit festival nadert met rasse schreden. ‘Kom op!’, roept Bob. ‘Nog een uurtje!’ Hij springt door de raw-tent. Zijn energie slaat over op de omstanders. Velen doen met hem mee. En bij de rest tovert Bob toch minstens een glimlach op het gezicht. Al is het maar omdat het prachtig is om iemand zo te zien genieten van het leven.

Het hoogtepunt is de eindshow. Om twaalf uur. Daar is iedereen het over eens. Vroeg naar huis gaan is hier een doodzonde. De muziek bouwt zich op naar een climax. De lichtshow gaat op standje maximaal. Lichtbundels schieten over de mensenmassa. In groen. In blauw. In rood. En dan het vuurwerk. Eerst bij het hardstyle-podium. En meteen daarna vanaf de mainstage aan de andere kant. Tegelijkertijd schieten de palmbomen vanaf het water de lucht in. Alle 25.000 bezoekers op het terrein genieten. En ook in de wijde omtrek moet het te zien zijn. Misschien zelfs voor Bas.


Reacties

Eén reactie op “Dreamfields”

  1. Tineke avatar
    Tineke

    Wat een ontroerend stukje, heel mooi geschreven, moeder van Bob en Bas

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *