Zijspancross

Uit Letland kwamen ze. En hun namen klonken als een klok. Sergis en Rasmanis. Ze waren wereldkampioen zijspancross in 1997, 1998, 2000, 2001 en 2002. Voor mij als destijds klein jongetje waren het de koningen van de sport. En deze sport kreeg op de Nederlandse televisie zoveel aandacht omdat de grote tegenstrevers van deze twee Letten uit Lochem kwamen. Daniël en Marcel Willemsen. In 1999 waren zij zelf de wereldkampioen. En tussen 2003 en 2012, toen Sergis en Rasmanis langzaam van het toneel verdwenen, deed Daniël dat kunstje nog eens negen keer over. Nu heeft hij in Lochem een eigen pad. En daar komen geregeld Hengeloërs langs.

Aan het Daniël Willemsenpad ligt – hoe kan het ook anders – een crossbaan. Het is zondag 1 maart. Op de crossbaan aan het naar de tienvoudig wereldkampioen vernoemde pad is het tijd voor de eerste wedstrijd in het ONK zijspancross van dit seizoen. Zo’n beetje de hele wereldtop is aanwezig. Behalve wereldkampioenen Ben Adriaenssen en Ben van de Bogaart. Want Ben is ziek. Ineens sta ik aan de baan naast dorpsgenoot Willy Hermans. Hij is bezig met een boek over de motorcross. Maar ondanks dat zijn we met ongeveer dezelfde gedachte naar Lochem gekomen. Het is (nog) niet zo dat het crossbloed ons door de aderen stroomt. Maar er doen hier vandaag zoveel Hengeloërs mee.

Eén van de oudste aanwezigen in het publiek is ook een Hengeloër. ’Opa Bart’ staat er op het speciaal voor hem ontworpen shirt. Bart Notten, als bakkenist van Rikus Lubbers kampioen in de zijspancross in 1971. Toen nog in de FIM cup, een voorloper van het EK en het WK. Nu wordt ‘Opa Bart’ wel de vaandeldrager van de zijspancross genoemd. Hij was het die in 2006 het Jeugd Begeleidings Team in het leven riep, ‘om de jeugd in het zijspan te krijgen’. De toen amper tienjarige Koen Hermans is vandaag in Lochem één van de Hengeloërs in het startveld vol wereldtoppers.

In totaal zijn er vijf Hengelose deelnemers. Peter Beunk zit in de bak bij Gert van Werven uit Oldebroek. Koen Hermans zit aan het stuur van zijn combinatie met Kenny van Gaalen uit Nuland. Bart Sloot is de bakkenist van Marcel Willemsen, die na het avontuur in de bak van zijn broer zelf achter het stuur is gekropen. En dan is er nog het volledig Hengelose duo Hans Garritsen en Rick Wiegerinck, dat weliswaar iets verder achter in het veld meestrijdt, maar ook op heel wat support kan rekenen. Want supporters uit Hengelo zijn er. Met biervaten en al. In het voetbal zou je er een stadionverbod voor krijgen. Aan de crossbaan is het deel van de sfeer.

Sfeer is er zeker. Het is een klein wereldje, die crosswereld. Een ons-kent-ons-wereldje. Niet zo raar, aangezien deze jongens met hun campers heel Europa afreizen en elk weekend weer met dezelfde mensen op een tot camping gepromoveerd weiland staan. Het is een wereldje waarin de volgers hun favorieten van bocht naar bocht volgen. En van springbult naar springbult. Om ze na de race op te vangen, te verzorgen en hun machines klaar te maken voor wat komen gaat. Om aan het eind van de dag alles weer in te pakken. Op naar weer een nieuwe uitdaging, of die nou in Zwitserland, Estland of Frankrijk ligt.

Natuurlijk is Hengelo van oudsher al nauw verbonden met de motorsport. Nog steeds is er elk jaar de wegrace. En de motorcross die Normaal in Oerend hard bezingt, is die van ’t Hengelse Zand. Maar toch is het opmerkelijk dat zoveel Hengelose krachten meestrijden in de wereldtop. Want Peter Beunk was in Lochem derde in de eerste manche en tweede in de tweede. Koen Hermans viel uit in de eerste maar revancheerde zich vervolgens met een derde plek. En Bart Sloot zat twee keer in de top tien. Van Werven en Beunk. Hermans en Van Gaalen. Willemsen en Sloot. Hoe zullen die namen in Letland klinken?


Reacties

Eén reactie op “Zijspancross”

  1. Luc, mooi stukje propaganda voor onze geliefde zijspansport,prachtig verwoord,misschien iets voor jou om weeklijks een collum van Koen Hermans ergens te plaatsen!!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *