Auto’s

Weet jij wat een koppakking is? Dan kun je hier wel stoppen met lezen. Doorlezen mag. Maar je gaat van dit stukje niets leren. De schrijver heeft namelijk nul komma nul verstand van auto’s. Zo probeerde ik onlangs een vriend te overtuigen van het feit dat ik in een auto met vierwielaandrijving had gezeten. Hij wist echter zeker dat dit type auto helemaal geen vierwielaandrijving had. Maar de bestuurder had mij bij een keermanoeuvre toch echt verteld dat hij met de voorkant probleemloos een eindje de wat modderige berm in kon rijden. Hij had achterwielaandrijving, zo vertelde ik. ‘Ja, achterwielaandrijving!’, luidde de zuchtende reactie. ‘Dat is wat anders dan vierwielaandrijving.’

Weer wat geleerd. Het was dan ook heel glad ijs waarop ik me begaf. Van auto’s heb ik geen kaas gegeten. Ik kan er prima in rijden. Maar begin bij mij niet over de techniek. Bij cilinderinhouden, schokdempers en luchtfilters haak ik af. Al vind ik auto’s vaak wel mooi. Mijn hoogtepunt op dit gebied was tijdens een voetbaluitje naar Duinrell. Wij waren nog jonge tieners. Een aantal trainers, jonge twintigers, reed ons naar Wassenaar. Ik zat in een Nissan Almera. Een blauwe. Maar het kan ook een groene zijn geweest. Met vier auto’s reden we achter elkaar. Vier auto’s van het kaliber Nissan Almera tokkelden over de snelweg. Die waar ik in zat, reed achteraan. Toen gebeurde het.

Wassenaar doemde al op aan de horizon. We waren toe aan het laatste stukje snelweg richting het land van de mensen die op stand leven. Ineens werd het heel druk op de linkerrijstrook. Zoef! Daar passeerde een Ferrari. Knalrood. Blinkend alsof de eigenaar hem net daarvoor door de wasstraat had gereden. Wij, jonge dorpsjongens, zaten met onze neuzen tegen de linkerraampjes van onze auto’s, kaliber Nissan Almera, gedrukt. Maar dit was niet alles! Zoef! Nog een Ferrari! Net zo knalrood. En net zo blinkend. Wij drukten onze neuzen nog harder tegen het raam. Zoef! Een Lamborghini! Knalgeel! Maar ook blinkend. Wij drukten onze neuzen bijna door het raam heen.

Maar het mooiste moest nog komen. In de drie auto’s voor ons keken alle jonge voetballertjes met grote ogen uit het raam naar al het razendsnelle schoon dat langskwam. De kreten van enthousiasme moeten tot op de andere rijhelft hoorbaar zijn geweest. Wow, een Ferrari! Nog een Ferrari! Een Lamborghini! Maar de Nissan Almera waar ik in zat, gaf inmiddels ook flink gas. Dus na de Ferrari’s en de Lamborghini zagen de enthousiastelingen in de auto’s voor ons zwaaiende teamgenoten in een Nissan Almera die van de snelheid bijna uit elkaar trilde. En dat terwijl het gele en rode geweld schijnbaar moeiteloos zoevend over het gladde asfalt uit het zicht verdween.

Dat was het. Alhoewel. Ik heb tijdens de wegraces op de Varsselring in de pauze ooit een rondje mee mogen rijden in een Ferrari. Ook gaaf! Maar daar houdt mijn connectie met auto’s echt op. Tenzij de bewuste dag ook meetelt. De dag dat ik voor eens en voor altijd leerde wat een koppakking is. Vraag me niet hoe die werkt. Maar ik weet wel precies wat er gebeurt als die het niet meer doet. Dan kan er zomaar een compleet kruispunt in een grote stad onder de witte rook van de verdampte koelvloeistof komen te staan. Roosendaal in dit geval. En sinds die dag weet ik ook dat het wijzertje dat de temperatuur van je motor aangeeft, wel degelijk heel belangrijk kan zijn.

In mijn vriendengroep is er één jongen die ook geen verstand heeft van auto’s. Maar hij is onlangs voor onbepaalde tijd vertrokken naar een ver land. Ik ben de enige achterblijver met een belabberde kennis van auto’s. De lastigste momenten zijn dan die waarop iemand een nieuwe auto heeft gekocht. Diegene verwacht dan in de eerste plaats een reactie op het uiterlijk. Dat lukt nog. Mooi ding! Maar daarna kom je niet verder dan: mooie kleur! Of: strakke bekleding! De technische aspecten van de auto blijven buiten beschouwing. Voor al mijn lotgenoten heb ik één tip: vraag met een stalen gezicht of de auto een goede koppakking heeft. Dan sta je gegarandeerd met 1-0 voor.


Reacties

2 reacties op “Auto’s”

  1. Liselore avatar
    Liselore

    Bedankt voor de tip, al moest ik van mijn vader bij mijn eerste auto onder de motorkap leren waar ik de olie, koel- en ruitenwisservloeistof moest controleren en bijvullen. Tevens moest ik een wiel vervangen voor het geval ik een lekke band had. Kreeg zelfs direct een handige kruissleutel zodat ik minder kracht hoefde te zetten. Nu was dit alles met een Citroën DCV (aka lelijke eend) ook geen overbodige luxe, want ik heb wat stil gestaan op weg naar colleges in Nijmegen. Tegenwoordig hebben we Peugeot Assitance en bellen we direct ……die koppakking hou ik erin

  2. […] komen bijleren!’, reageerde Arne Ridderhof van het gelijknamige autobedrijf op mijn vorige blog. Daarin schreef ik dat ik nul komma nul verstand had van auto’s. Dat is verleden tijd. Een […]

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *