‘Tante Rikie, wa vin ie d’r van?’, vroeg Bennie Jolink. Het optreden van Normaal op de zondag van de Zwarte Cross liep ten einde. De tot directrice van het festival gebombardeerde buurvrouw uit Hummelo had zojuist onder luid gejuich het hoofdpodium op de Schans in Lichtenvoorde betreden. En nu kreeg ze de vraag wat ze ervan vond. Een vraag waarop gezien de veelzijdigheid van de Zwarte Cross een uitgebreid antwoord zou kunnen volgen. Maar dat uitgebreide antwoord kwam er niet. Niet uit de mond van Tante Rikie. Tante Rikie zei alleen dat ze het mooi vond. Mooi. En druk.
Tante Rikie had kunnen vertellen over het meisje in het roze t-shirt. Dat meisje in het shirt van de Zwarte Cross met op de achterkant de afbeelding van Tante Rikie. Dat meisje van een jaar of 7 dat tijdens het optreden van Normaal vanaf de vertrouwde nek van haar vader over de mensenmassa uitkeek. Met in de lucht haar rechtervuist, die op de muziek omhoog en omlaag ging. Misschien was het haar eerste Zwarte Cross. Misschien was ze hier al eerder geweest. Maar zeker was dat ze hier vanaf nu vaker ging komen. Wie hier één keer geweest is, gaat niet snel weer weg.
Tante Rikie had ook kunnen vertellen over het optreden van Boi Foi Toch. Over het feit dat hier al voor het middaguur bier door de lucht vloog. Over de jongen die bij één van zijn kameraden op de schouders klom en na het uitwringen van zijn shirt een heel café een rondje kon geven. Over de vrouwen die de teksten van Hans Keuper woord voor woord mee konden zingen. Net zoals vrijwel alle mannen, overigens. Het zorgde voor een stukje eensgezindheid in de mooiste zin van het woord. Veel dichter bij de Achterhoek kon een mens op deze zondagochtend niet komen.
Tante Rikie had dan ook zeker kunnen vertellen over de gemoedelijke sfeer. Gecreëerd door de organisatie. Maar gemaakt door de mensen. Verschillende mensen. Van jong tot oud. Van groot tot klein. En van de Achterhoek tot ver daarbuiten. Tante Rikie had kunnen vertellen dat al die mensen zo veel plezier hadden zonder elkaar één strobreed in de weg te leggen. Of je nou alderbastend wilde feesten tussen rondvliegend bier of rustig in een hangmat een shaggie wilde draaien. Alles was hier mogelijk. En dat met niet minder dan 197.450 betalende bezoekers. Een record.
Tante Rikie had uitgebreid kunnen vertellen over het slagveld op de camping. Over de wind die zaterdagmiddag ongenadig hard huis had gehouden. Na de storm was het aantal overeind staande tentjes hier op de camping nog harder gekrompen dan de gemiddelde Griekse bankrekening. Net als het aantal bezoekers overigens. Reden dat de deuren zaterdagavond wagenwijd open gingen. Een entreekaart was niet meer nodig. En voor de campinggasten regelden de helden van de organisatie – onder leiding van Tante Rikie – een nieuwe slaapplek, genaamd Hotel De Berige Knastafari.
Tante Rikie had zelfs kunnen vertellen over de Loco Loco Disco Show. Over Yuri van Gelder. Over het paard van Troje waar de motoren in en uit reden. Over de extreem relaxte sfeer op de reggaeweide. Over de General Rikie. Over het bordje dat de menigte op de hoogte stelde van het feit dat het was toegestaan om bomen te knuffelen. Wat opvallend weinig mensen ook daadwerkelijk deden. Over de door een trekker aangedreven ei-bak-installatie. En Tante Rikie had uiteraard ook kunnen vertellen over Tante Rikie. Maar dat deed ze niet. Tante Rikie zei alleen dat ze het mooi vond. Mooi. En druk. En dat vond iedereen een prima samenvatting.
Geef een reactie