Karnemelkbeekstraat

Wielrennen in België is koersen over weggetjes met veel te mooie namen. De Steenbeekdries, de Varent en de Oude Kwaremont zijn voorbeelden van passages wiens namen de harten van menig wielerliefhebber sneller doen kloppen. Vanmiddag kwam er ineens eentje bij. Eentje die ik niet kende. In de E3 Harelbeke (een wedstrijd met een naam die de wielerliefhebber eveneens als muziek in de oren klinkt) lag diep in de finale de Karnemelkbeekstraat. Iedereen moest lachen. KARNEMELKBEEKSTRAAT!? Hahahaha. Toen iedereen was uitgelachen, was Peter Sagan gevlogen. Drie man kon hem ternauwernood volgen. De rest zei pas. Op de Karnemelkbeekstraat.

Het team van winnaar Peter Sagan viert vanavond feest. Alle andere renners schrijven strafregels.
IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.
IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.
IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.
IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.
IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.

Maar geef ze eens ongelijk. De Karnemelkbeekstraat, wie bedenkt zo’n naam? Je ziet een paar mannen in strakke pakken om een tafel zitten. Dat er één begint: ‘Dat stukje weg daar door ’t bos, dat moet nog een naam.’ Waarop een ander zegt: ‘Ik dacht eigenlijk aan de Beekstraat. Maar dat is misschien wat te standaard? Wim, wat heb je vanochtend bij het ontbijt gehad?’ En dat Wim dan antwoordt: ‘Wat heeft dat er nou weer mee te maken? Gewoon, net als elke ochtend, karnemelk.’ Waarna het heel enthousiast door de zaal klinkt: ‘Dat is het! De Karnemelkbeekstraat!’ Een op zijn minst bijzondere naam is geboren. Maar ach, het had erger gekund. Stel je voor dat Wim Milk & Fruit mango bij het ontbijt had gehad.

De Karnemelkbeekstraat dus. Een klimmetje van 1,53 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 4,9%. In gewone mensentaal: Da’s aardig trappen om boven te komen. Voor profwielrenners stelt zo’n klimmetje echter barweinig voor. Die merken amper dat het omhoog gaat. Totdat je zo’n oplopend stuk diep in de finale van een grote koers legt. Met zoveel kilometers in de benen weegt zo’n heuveltje aardig door. Dat had de organisatie van de E3 Harelbeke ook begrepen. Op de afsluitende vergadering was iedereen het erover eens: ‘We kunnen die Karnemelkbeekstraat opnemen in het parcours, maar dan wel op een plek waar iedereen ‘m serieus neemt.’ Zo geschiedde. Althans, dat was de bedoeling.

Geen enkele renner nam de Karnemelkbeekstraat serieus. De punten op het parcours die veel renners met rood hadden aangestipt, waren de Taaienberg, de Paterberg en de Oude Kwaremont. Dat bleek grotendeels terecht. Maar na de top van de Oude Kwaremont, was het nog ruim dertig kilometer naar de finish in Harelbeke. In die dertig kilometer lag nog een hindernis verstopt. Een breekpunt. Een sluipschutter. De Karnemelkbeekstraat sloeg in als een bom. De Slowaak Peter Sagan spreekt geen Nederlands. Die had de hele dag al geen idee waar iedereen zo om moest lachen. Toen de weg omhoog liep, ging hij d’r maar gewoon vandoor.

De Steenbeekdries, de Varent en de Oude Kwaremont zijn bekende Belgische weggetjes om één simpele reden: De koers komt erover heen. Jaar in jaar uit. En meer dan eens per jaar. De namen van die weggetjes doen de harten van menig wielerliefhebber sneller kloppen omdat er heroïsche gevechten zijn geleverd. Het was op deze Vlaamse wegen waar kampioenen opstonden, helpers om hun moeder schreeuwden en favorieten sneuvelden. Ik beken: Toen ik de naam Karnemelkbeekstraat vanmiddag voor het eerst hoorde, moest ik lachen. Maar nu Peter Sagan er heeft huisgehouden, hoort de Karnemelkbeekstraat bij het rijtje Belgische weggetjes met veel te mooie namen.

IK ZAL NOOIT MEER LACHEN OM DE KARNEMELKBEEKSTRAAT.


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *