We hadden het mis. We hadden het ongelofelijk mis. Het werd geen gouden revanche. Alle wissels gingen foutloos. En toch verloor Sven Kramer vanmiddag zijn Olympische 10 kilometer. Er was iemand beter. En toevallig was dat ook nog een Nederlander. Of eigenlijk was dat helemaal niet toevallig. Jorrit Bergsma was veel meer dan een outsider. Dat wisten zijn vrienden, zijn familie en zijn coach Jillert Anema. De rest van de wereld was voor Sven. Want die had zo’n mooi verhaal. Hij verloor in 2010 van een foute wissel. Vandaag niet. Vandaag verloor hij van Jorrit. En van Jillert.
Jillert Anema moet heel erg hard lachen. Hij springt van blijdschap over het middenterrein van de Adler Arena in Sochi. De stoom blaast uit zijn oren. Naast hem staat zijn pupil Jorrit Bergsma. Die kijkt beduusd om zich heen. Jorrit is zojuist Olympisch kampioen schaatsen op de 10 kilometer geworden. Dat kan hij nog niet helemaal bevatten. Zijn coach Jillert wel. Die weet precies wat er gebeurd is. Hij schreeuwt het uit van blijdschap. Sven Kramer is verslagen. Wat Jillert allang wist, weet de rest van de wereld nu ook. Jorrit Bergsma is op de 10 kilometer beter dan Sven Kramer.
Dit moest de dag van Sven worden. Vier jaar na die wissel moest vandaag de revanche komen. Jorrit won vorig jaar al eens van Sven. Dat was ook in Sochi op het WK afstanden. Jorrit reed 12.57,69. Kramer zette daar 12.59,71 tegenover. Bob de Jong werd derde in 13.00,26. Het bericht van Sven Kramer op Twitter luidde vervolgens ’18 februari 2014’. Dan moest het gebeuren. We geloofden het. Tegen die tijd zou Sven veel sneller rijden. Dan zou het podium er wel anders uitzien. Sven was vandaag inderdaad sneller. Maar het podium was exact hetzelfde. Want Jorrit was nog veel sneller.
Jillert stuitert richting de NOS-camera. ‘Kom maar op met die rotvraag’, lacht hij. Verslaggever Bert Maalderink vraagt hem of hij net uit het café komt. Jillert begint nog harder te lachen. ‘Volgende week willen we weer winnen. Hahahaha.’ Ook Jorrit komt voor de camera. Die kijkt nog steeds beduusd. Dat zegt hij ook. Dat hij er beduusd onder is. Hij kan het amper geloven. Ondertussen strijkt hij wat door zijn haar. Bert Maalderink vraagt hoe het kan dat de mensen om Jorrit heen nog blijer lijken dan dat hij zelf is. Jorrit zegt dat hij het niet alleen doet. ‘Ik doe het met Jillert.’
Jorrit en Jillert zijn een superduo. Hun geheim is hard werken en normaal doen. Zo maakte Jillert zich tijdens het NK afstanden in Thialf enorm druk over de harde muziek in het stadion. Dat vond hij maar afleiden. Het moest om het schaatsen gaan. Dat brengt hij over op Jorrit. Die laat zich niet afleiden. ‘Ik heb geprobeerd om dit als een normale wedstrijd aan te pakken’, zegt Jorrit tegen Bert Maalderink. Die gelooft zijn oren niet. ‘Dit is geen oliebollenwedstrijd!’, roept Bert. ‘Dit is de grootste wedstrijd op dit podium, man! En jij wint.’ Jorrit lacht. ‘Ja, absoluut. Fantastisch.’
We zijn er met z’n allen ingetrapt. Ik ook. Het werd niet die mooie film die we voor ogen hadden. Ik was voor Sven. Ik heb met hem te doen. Met zijn vader. Met zijn moeder. En met Naomi. Maar dit was echte topsport. In de supermarkt zou de sport die we vanmiddag hebben gezien ‘puur en eerlijk’ heten. Geen gelogen woord. Geen onverdiende cent. Dit was echt. Jorrit was beter. En Jillert was bij hem. Over vier jaar zijn de Olympische Winterspelen in het Zuid-Koreaanse Pyeongchang. Dat wordt heel lastig, Sven. Goed wisselen is één ding. Maar zie Jorrit en Jillert maar eens te verslaan.
Geef een reactie